Ik schrijf,om de ander te begrijpen en dan met name mijn eigen vrouw,
die zich bedient van de edele kunst van het verhaal:
maar dan non-verbaal.
Witregels die van kleur verschieten:
wie zwijgt stemt toe,
Ik ben nog lang niet moe.
Zij zucht echter demonstratief:
“Ik ga naar bed.”
Op wandel met mijn kleindochter stopte ik bij een huisje, waar vroeger een man woonde die nooit naar de supermarkt moest gaan om vlees te kopen, omdat hij zijn eigen varkens kweekte. Ik vertelde...