Lissie loopt naast mama naar de supermarkt en ziet een slak op een biels.
‘Je moet kijken, mama,’ roept ze, ‘tot hij daar is.’
Ze wijst naar het einde van de biels.
Met een zucht pakt mama de slak op en verplaatst hem.
Tranen schieten in Lissie’s ogen en dan loopt ze door.