De jonge generatie heeft net als ieder ander last van de coronacrisis. De klachten over alleen-zijn, zich-verloren-voelen, ja zelfs eenzaamheid en depressieve gevoelens nemen binnen die generatie hand over hand toe. Deze gevoelens spreken voor zich. Ik snap het wel, maar het verwondert mij ook.
Tot nog geen jaar geleden deden velen het voorkomen dat ze vriendschappen hadden in overvloed. Zo hoorden we pochende geluiden over grote aantallen vrienden op Facebook en Instagram. Geluiden die het bewijs waren van ‘het-erbij-horen.’ Ik vraag mij niet af: wat zijn deze vriendschappen waard als ze niet helpen om de negatieve gevoelens van nu te verdrijven? Het antwoord laat zich raden. In de digitale wereld komen kennissen voor de vermelding ‘vriendschap’ in aanmerking, maar al die vrienden op Facebook en Instagram hebben in de echte wereld weinig met vriendschap te maken. Het merendeel van de zogenoemde vrienden is niet meer dan een oppervlakkige kennis.
Echte vrienden heeft de mens maar weinig. Ze zijn op een hand te tellen en je leert ze in slechte tijden pas echt kennen. Die vriendschap is dan ook vaak voor eeuwig.