Als jonge man ging hij in dienst, mijn broer, die daar echt geen zin in had.
De dienstplicht, ja dat was je burgerplicht.
Als huisschilder net aan zijn carrière begonnen en dat werd bruut onderbroken.
Verbindingsdienst, wat een ramp voor een vent die altijd buiten werkte.
Hoewel hij niet kerkelijk was, maakte de aalmoezenier toch contact met hem en dat mondde uit in zinnige gesprekken.
Het leven werd er dragelijker door en toen de aalmoezenier hem meldde dat de kapel een verfje nodig had, hapte hij toe.
Zo bracht hij al zijn vrije tijd door in de kapel, de bewondering en respect van de aalmoezenier deden hem goed.
Nooit kwam hij meer in de kerk maar aan deze kapel bewaard hij goed herinneringen.
Kort en hevig. Korter en heviger dan wanneer het niet onverwacht was - bijvoorbeeld als het sluitstuk van een geniepig spel van kat en muis, waarbij tweehonderd snaken solidair staan tegenover een...