Bello zit vast in het kattenluikje. Voorzichtig duwt de buurvrouw zijn kop terug. De deurbel klinkt. Bello ruikt dat zijn familie voor de deur staat. De buurvrouw loopt naar de deur toe. Bello hapt naar haar ochtendjas en trekt zo hard als hij kan. Hij fluistert “woef! Ik ben er niet”. De buurvrouw verstaat hondentaal en knipoogt naar Bello. De puberzoon Joachim, zijn ma en pa bevragen de buurvrouw. Zij voelt zich een jokkebrok maar verraadt Bello niet.
Bello is trots op zijn buurvrouw. Na twee weken gaat hij weer naar huis. Zijn familie is dolgelukkig. Maar waarom is Bello weggelopen?
Meermaals per dag wandelen is vermoeiend. De ganse dag koekeloeren die puberale schoolvrienden van Joachim uit hun slaapkamerraam. Bello heeft geen privacy om een plas of poep te doen. Hij is boos geworden toen hij zijn kont op sociale media heeft gezien. De lockdown is opgeheven.