In dit eerste artikel wil ik eerst een paar woordjes kwijt over het schrijfproces en het uitgeven van een boek. Ik bedoel hiermee de basisvoorwaarden waaraan voldaan moet worden alvorens je begint met het schrijven van een verhaal. Alle beginnende schrijvers, of diegenen die dat wensen te worden, raad ik aan de volgende raadgevingen en tips te lezen. Vanaf het schrijven tot aan het uitgeven van een boek, worden er vijf etappes doorlopen.
De vragen die velen zich nu stellen, luiden:
“Kan iedereen schrijven?” en “Kan iedereen een boek publiceren?”
Theoretisch moet ik op de eerste vraag bevestigend antwoorden. In de praktijk ziet het er echter minder optimistisch uit, want er moet aan talrijke voorwaarden worden voldaan voordat iemand met schrijversaspiraties de hoop kan koesteren dat zijn werk door een groot publiek gelezen zal worden. Tegenwoordig kan iedereen een boek uitgeven, wat niet betekent dat het door iemand gelezen zal worden. Schrijven is een creatieve bezigheid, zoals schilderen, componeren, beeldhouwen. Iedereen kan schilderen en beeldhouwen, maar welk werk zal door een groot publiek gekocht worden?
Persoonlijk ben ik overtuigd dat als jouw kennis van het Nederlands op een voldoende hoog niveau is, je een boek kunt schrijven dat aan de nodige eisen voldoet om door een uitgever gepubliceerd te worden. Het gaat vooral om de spelling, de grammatica en de woordenschat.
Bijna niemand kan foutloos schrijven, maar een verzorgd manuscript geeft een positief beeld van jezelf. En dat schept vertrouwen. Vele auteurs denken onterecht dat een redacteur hun manuscript zal verbeteren. NEE, een redacteur heeft geen recht om in een manuscript zinnen te gaan schrappen of verbeteringen aan te brengen, wat te maken heeft met het auteursrecht. De redacteur schrijft opmerkingen in de kantlijn. Daarom vragen bijna alle uitgevers een manuscript met een brede kantlijn en een dubbele tot driedubbele interlinie. Het teruggestuurde manuscript zal de auteur zelf aanpassen. Het spreekt vanzelf dat een manuscript vol fouten geen of weinig kans maakt door de uitgever gelezen te worden. Maar een schrijver die heel slecht de Nederlandse taal beheerst, kan zijn verhaal door een spookschrijver laten noteren. Deze zal dan het boek in opdracht schrijven. Dat kan via een slecht geschreven basismanuscript, maar ook door gebruik te maken van een dictafoon. Meestal is het ook wel zo dat iemand die de Nederlandse taal slecht beheerst, weinig behoefte zal hebben om een boek te schrijven. Natuurlijk kun je proeflezers en correctoren inschakelen om je fouten te verbeteren, maar dan moeten deze je manuscript kunnen lezen en vooral begrijpen.
Afgezien van het foutloos schrijven, speelt ook de zinsbouw en de woordenschat een belangrijke rol. Voortdurend dezelfde zinstructuur (onderwerp, werkwoord, gezegde) gebruiken en dezelfde woorden herhalen, maken je verhaal een saaie boel.
Voorbeeld:
Karel doet de deur open. Karel stapt naar binnen. Karel gaat zitten op de lange bank bij het raam.
Beter zou zijn:
Karel doet de deur open, stapt naar binnen en gaat zitten op de lange bank bij het raam.
Deze drie zinnen hebben dezelfde structuur en hetzelfde onderwerp. Dergelijke zinnen doen de lezer met zekerheid afhaken. Denk eraan, een persoonlijk voornaamwoord kan een zelfstandig naamwoord vervangen, zonder dat de duidelijkheid van de tekst vermindert. Het gebruik van bezittelijke voornaamwoorden maakt de tekst dynamischer.
Voorbeeld:
“Het potlood van Piet” kan vervangen worden door: “Piets potlood” of door: “Zijn potlood” (als Piet voordien genoemd werd).
Iemand die de basiselementen van zijn taal NIET beheerst, kan maar best beginnen met zijn taal te verbeteren voordat hij zich gaat verdiepen in de schrijftechnieken, waar ik het in de volgende sessies over zal hebben. Tegenwoordig biedt internet heel wat mogelijkheden om aan zelfstudie te doen en niemand is te oud om te leren of bij te leren. Ik ben 68, heb vier romans gepubliceerd en ik leer nog elke dag bij. Overal zijn leerboeken en cursussen beschikbaar. Ook op Internet. Denk niet dat deze cursussen overbodig zijn. Toen ik tien jaar geleden het schrijven hervatte, zocht ik vooral antwoorden op de vraag: “Hoe schrijf ik een boek dat vlot leest (een pageturner), boeiend is en door een groot publiek wordt gelezen. Een mogelijke bestseller. Antwoorden vond ik in Amerika. Boeken over scenarioschrijven gebruiken de gelijke methode voor de opbouw van een verhaal. Al meer dan een halve eeuw volgen “films en series” hetzelfde schema. Ook schrijvers gebruiken deze structuur. Sinds mijn kindertijd heb ik meer dan duizend boeken gelezen over alle mogelijke onderwerpen, zowel literaire werken, als thrillers en non-fictie. Ook biografieën. Waarschijnlijk heb ik het te danken aan het vele lezen dat ik tijdens mijn studententijd intuïtief boeiende verhalen schreef, hoewel de vormgeving niet optimaal was. Toen ik tien jaar geleden na het lezen van Amerikaanse boeken over schrijftechnieken, tientallen boeken begon te ontleden en te analyseren, stelde ik vast dat alle bestsellers eenzelfde structuur hadden.
De Amerikanen hebben snel ontdekt welke vaste structuur door ieder mens als de meest perfecte wordt beschouwd. (Daarover later). Sommige oudere amateurschrijvers zullen nu beweren dat je dan altijd hetzelfde soort verhaal schrijft. Helemaal niet. Door je eigen schrijfstijl, je gekozen vertelperspectief, je personages en de benadering van je onderwerp, onderscheid je jezelf van de andere auteurs, ook al gebruiken die allemaal dezelfde vaste structuur zoals Harlan Coben, Robert Ludlum, John Grisham, Dan Brown, en alle Amerikaanse successchrijvers die ik ken, zowel in thrillers als in fantasie. Ook de “Hungergames-trilogie” vertoont dezelfde structuur, die ook toegepast wordt door vele Europese schrijvers zoals Stieg Larsson en talrijke Scandinavische thrillerauteurs. Wil je kans maken verkocht te worden, kun je beter deze bewezen succesvolle vormtechniek volgen.
Sommige eigenzinnige schrijvers verliezen kostbare tijd voor ze dat inzien. Anderen geven het schrijven ontgoocheld op. Een auteur schrijft niet voor zichzelf maar voor een publiek, omdat hij denkt dat hij iets (een verhaal, een boodschap, informatie, wetenschap) heeft mede te delen. Dat maakt het verschil tussen schrijver en auteur; de schrijver vindt geen lezerspubliek (afgezien van kennissen en familie), noch uitgever, terwijl de auteur zijn werk publiceert. Maar opgepast, hoewel de schrijftechniek bepalend zal zijn voor de kwaliteit van het boek, speelt de promotie van het boek (normaal door de uitgever bepaald) een niet te onderschatten rol in het publicatieproces. Maar dat is dan weer een ander thema.
Om deze (noodzakelijke) inleiding af te sluiten, heb ik nog twee belangrijke adviezen voor al wie een betere schrijver wil worden:
Lezen, lezen, lezen. Schrijven, schrijven, schrijven.
Goed schrijven is iets wat je kunt leren, maar het vergt vooral veel OEFENING. (Iedereen kan leren fietsen, maar niet iedereen wordt een kampioen wielrennen.) Zo is dat ook met het schrijven. Hoe meer je schrijft, hoe bekwamer je wordt. Hoe meer je leest, hoe beter je wordt als schrijver, want door te lezen doe je een schat aan informatie op, terwijl jouw woordenschat verrijkt. Hoe meer kennis je opdoet over schrijftechnieken, hoe groter de kans bestaat dat je een bekend auteur wordt. Maar opgepast, je wordt beslist geen goed schrijver alleen door het lezen van een aantal aangeprezen mirakeltips, van 10 tot 25 die je op sommige websites kunt vinden als je goochelt naar schrijftips. Ze zijn juist, maar slecht vage richtlijnen die je niet veel verder helpen.
Lees over onderwerpen die je niet meteen interesseren. Zo ontdek je onbewust hoe diverse auteurs hun verhalen opbouwen. Lees over schrijftechnieken, en schrijf zoveel je kunt. Begin met korte verhalen en laat ze lezen door je familieleden en vrienden. Vraag hun mening. Hun eerlijke mening. Leer uit kritiek! Valse lof brengt je geen stap verder.
Als je al deze opmerkingen ter harte neemt en bereid bent hard te werken, dagelijks een tiental pagina’s te schrijven en zoveel mogelijk boeken te lezen, ben je klaar om door te gaan naar het volgende hoofdstuk. Daarin zal ik het hebben over de keuze van een onderwerp en de opbouw van een verhaal.