“Ik doe mijn best, ik doe mijn fucking best.
Zij luistert niet, sloerie, ze is een sloerie.”
Mijn beste vriend lijkt zijn verstand te verliezen. Dochterlief is horende doof geworden en gaat zich te buiten aan drank, drugs en wildvreemde kerels, die voor een habbekrats haar mogen bevoelen.
“Mijn dochter maat.”
De tranen staan in zijn ogen en hij balt zijn vuisten ...
Hij vervloekt alles, iedereen en zelfs de dag waarop zij het levenslicht mocht aanschouwen.
Zijn besluit staat vast: Hij heeft haar het leven gegeven, dus het is aan hem om haar de laatste eer te bewijzen.