De tondeuse neemt hij vastbesloten ter hand en raast over zijn schedel heen. Hij toont zich solidair met zijn geliefde.
Haar lichaam van pijn zal zij spoedig afleggen, haar geschreeuw zal wegebben in de stilte van de nacht.
Nog even, en dan ...
Zij gelooft in het hiernamaals: “ de fysieke dood is een geestelijke wedergeboorte,” de pijn is slechts tijdelijk, vergelijkbaar met geboortepijn.
Voor haar is er nog licht aan het eind van de tunnel.
Ammehoela denkt hij, over een week is zij dood en sta ik er alleen voor.