‘Wat hebben we?’
‘Twee mannen met zware longproblemen en overgewicht.’
‘Leeftijd?’
‘Allebei tachtig.’
‘Hoeveel bedden zijn er vrij?’
‘Eén.’
Hij schuift het rechter gordijn open en leest de status. Hij schuift het linker open en schuift het gelijk weer dicht, loopt de gang in en weer uit, en weer in, naar de koffieautomaat. Het bekertje valt. Hij loopt weer terug, ziet alles voor zich wat er de afgelopen tijd is gebeurd, hoort wat hem over medische ethiek en triage is geleerd. Alles waar hij nu niets aan heeft.
‘Je moet nú een beslissing nemen,’ wordt hem gezegd.
Hij loopt terug, naar het linker gordijn, schuift het open en kijkt naar wat hij niet wil zien. ‘Speel ik voor God als ik voor jou kies, pa?’
Ik zink... Naar beneden, de diepten van de zee tegemoet. Mijn haren waaieren uit, synchroon met de langzame dans van het zeewier, bewogen door de eeuwige stromingen van het water. Ik kijk met blinde...