De bank in het park, waar nooit iemand zat, was bezet.
Heel vreemd vond ik dat, aangezien het mijn vaste plek was.
Ik stond er van te kijken, want daar zat mens noch een dier.
Het leek op een wezen niet uit dit leven, nooit eerder heb ik dit mogen beleven.
Voorzichtig stap voor stap naderde ik de felrode bank onder de eikenboom.
Een zachte bries zette op en ik voelde mij ongemakkelijk worden.
Dat wezen had een grijze jack aan met een zwarte broek en knal gele laarzen.
Hallo, zei ik 'stamelend, wie of wat ben jij? Hij of zij draaide zich om en mompelde zachtjes 'grrr'.
'Ik ben uit de toekomst gekomen zei het wezen, enkel om jou een waarschuwing te geven'. Jij bent niet wie je denkt dat je bent. En je zal zeker wat beleven.
Schrok mij te pletter en rende zo hard mogelijk uit het park.
Struikelde over een reuze tak en het wezen kwam mij achterna, ik versnelde mij pas.
en verdween zo de struiken in. Wilde hulp inschakelen nadat ik de zon onder zag gaan. Voor mij pech ging dat niet, omdat ik pas uren later ontdekte dat ik mijn telefoon miste.