Om samenspraak verlegen
zijn aandacht naar mij verlegd
zie ik zijn kaken bewegen
maar hoor niet wat hij zegt
Zijn mond beweegt te snel
ik kan zijn taal niet lezen
gebruik terwijl ik vertel
gebaren zonder vrezen
Aan woorden geen gebrek
glimlacht hij verlegen
ziet handen in gesprek
en vingers die bewegen
Woorden op hun plek
gebarentaal een zegen