Alle tijd
© Asko De vries robles op .
Het licht op nummer 49 blijft maar knipperen.
Het liefst bel ik bij buuf aan.
De deur bleef altijd op een kier.
Tussen haar lippen bungelde steevast een pas gedraaid sjekkie.
‘Mot je een bakkie?’ galmde haar stem over de galerij.
Ik lachte en bedankte haar elke keer vriendelijk:
‘Volgende keer maar weer…’